Eenzame opsluiting. Het verhaal van Frits van der Schrieck

De 25-jarige rechtenstudent Frits van der Schrieck (1917-1999) hielp tijdens de bezetting geheim agenten die vanuit Engeland boven Nederland waren gedropt. Hij zorgde ervoor dat studenten het land uit konden vluchten. Ook probeerde hij door sabotage de Duitsers tegen te werken. Begin juni 1942 arresteerde de Duitse politie Frits en op 7 juni werd hij in het Oranjehotel opgesloten.

Voor gevangenen was het lastig om met familie en vrienden buiten de gevangenis contact te houden. Er waren strenge regels en de gevangenen konden niet zomaar even bellen of appen. Frits zat bijna een half jaar helemaal alleen in cel 586: in ‘Einzelhaft’ (eenzame opsluiting). Hij mocht geen brieven schrijven. Wel smokkelde Frits een codebericht aan zijn ouders naar buiten. Dit codebericht is bewaard gebleven, maar wat hij op deze manier aan zijn ouders probeerde te vertellen is tot de dag van vandaag niet achterhaald..

Op 17 december 1942 werd Frits overgeplaatst naar de gevangenis in Haaren. In mei 1944 lieten de Duitsers hem vanwege gezondheidsredenen vrij. Frits overleefde de oorlog en kreeg in 1953 van Prins Bernard het Kruis van Verdienste voor zijn verzetswerk.